Waarom zou je eigenlijk nonmonogaam leven?

Polyamorie en non monogamie kunnen weliswaar aanlokkelijk zijn, maar zo’n levensstijl is ook vaak een heel gedoe. Waarom zou je je dat allemaal op de hals halen? Een kort overzicht van de drijfveren die we tegenkomen.
Wij zijn natuurlijk voorvechters van de vrijheid om polyamoreus of anderszins nonmonogaam te kunnen leven. Maar laten we wel wezen: zo’n levensstijl is niet altijd makkelijk en je kunt nogal wat weerstand en onbegrip tegenkomen. Dus waarom zou je je dat gedoe op de hals halen?
In dit artikel geven we een kort overzicht van de onderliggende drijfveren die we in de praktijk en in de literatuur tegenkomen. We trekken de motieven bewust uit elkaar. In de praktijk zien we allerlei combinaties. Hier en daar plaatsen we ook wat kritische kanttekeningen. Over dit onderwerp valt veel meer te zeggen dan we hier doen. Dit is een eerste inleiding. We hopen er later in veel meer detail op terug te komen.
Geaardheid – liefde stroomt vanzelf
Sommigen ervaren polyamorie of nonmonogamie als een geaardheid, iets dat ze altijd zijn geweest. In hun jeugd waren ze al verliefd op meer dan één vriendje of vriendinnetje tegelijk. Liefde stroomt als vanzelf en het voelt vreemd en tegennatuurlijk om dat te beperken.
Overtuiging – monogamie als een culturele beperking
Evolutionair en historisch gezien valt er best wat af te dingen op de natuurlijkheid van monogamie. Een gangbare theorie is dat monogamie is ontstaan vanuit de behoefte om bezit en macht te controleren (zie dit boek). Millennia lang hebben seks, liefde en huwelijk ook weinig met elkaar te maken gehad. Het ideaal van de ‘ene ware liefde voor het leven’ ontstond pas in de Romantiek en is al na WOII op de helling gegaan. Seriële nonmonogamie is sinds die tijd de norm. De overtuiging dat ook ‘parallelle nonmonogamie’ een prima optie is, krijgt steeds meer voet aan de grond.
Verliefd op nog iemand
Je bent gelukkig in je relatie en toch word je verliefd op een ander. Het monogame standaardbeeld wil dat je dan ‘natuurlijk’ niet meer van je partner houdt, maar voor jou voelt dat niet zo. Je houdt nog steeds evenveel van je eerste partner én voelt dat de liefde voor de tweede erbij kan komen, zónder dat dat afbreuk doet aan het gevoel voor je eerste partner.. Je behoefte is niet meteen een nonmonogame levensstijl in brede zin maar het gaat jou om deze ene persoon. Je wilt graag onderzoeken of er ruimte kan zijn voor deze nieuwe liefde, naast je oude.
Complementariteit – je hoeft niet alles bij één partner te vinden
Voor geen enkel stel partners is het mogelijk elkaars wensen en behoeften helemaal te vervullen. Behoeftes kunnen gewoon verschillen of het lukt niet om die in te vullen. Dat hoeft niet erg te zijn, maar het kan wel betekenen dat je je behoeftes moet onderdrukken. Dat kan gaan over seksuele behoeftes. De één kan een groter libido hebben dan de ander. Soms is er een lichamelijke beperking. Soms heeft een partner een seksuele behoefte waaraan de andere partner niet kan of wil voldoen, zoals BDSM of biseksualiteit. Het kan ook gaan over heel andere dingen: dromen of avonturen die lonken waar de ene partner niet naar taalt, maar waar de andere juist enthousiast van wordt. Verschillende kanten van jezelf kunnen zich ontplooien met verschillende partners.
De beste versie van jezelf kunnen zijn – van schaarste naar rijkdom
Het denken in complementariteit van partners heeft nog een ander effect. Als jij je beperkt voelt door je partner, bestaat het risico dat je je partner daar (vaak onbewust) de schuld van gaat geven. Je kunt dan vooral diens tekortkomingen gaan zien en niet meer diens kwaliteiten. Als je elkaar de ruimte gunt om in andere verbindingen andere facetten van jezelf te ontplooien, dan ontstaat er ook meer ruimte in je relatie en kun je anders naar je partner gaan kijken. De focus op wat er niet is valt weg en wat er wel is komt weer in beeld. Je partner is dan ineens weer volmaakt zoals die is. En omgekeerd, jij kunt opeens ook weer jezelf zijn. Want ook jij kunt natuurlijk niet alles voor jouw partner betekenen. Zo kan er veel meer rust en ruimte komen en zie je in plaats van de schaarste weer de rijkdom van je relatie. Ieder is dan de beste versie van zichzelf.
Op de lange duur zijn veiligheid en passie moeilijk te combineren in één relatie
Velen in een lange relatie herkennen dat geleidelijk de passie vermindert. Als het met de stabiliteit, warmte, betrouwbaarheid en toewijding wel snor zit, leidt dit tot veiligheid en voorspelbaarheid in de relatie. Dit staat weer op gespannen voet met het avontuur en verrassing die het vuur van de passie nodig heeft om te kunnen branden. Partners kunnen hierin ook uit elkaar groeien. De één gedijt goed in een warme, veilige omgeving, terwijl de andere de dynamiek van de passie meer nodig heeft. Zélfs als partners dezelfde behoefte aan passie hebben, kan tóch de voorspelbare bedding van de relatie die passie smoren. Natuurlijk is het in dat geval goed mogelijk om binnen de relatie het vuur brandend te houden; avontuur daarbuiten kan goed helpen. Esther Perel schreef een uitstekend boek hierover.
Op zoek naar jezelf
Verbinden betekent afstemmen. Er ontstaat een ‘wij’. Je investeert een stuk van jezelf in de relatie. Dat kan zover gaan dat het ‘zelf’, je identiteit, uit zicht raakt. Je verliest je dan in de relatie. Op enig moment kan de behoefte aan je eigen identiteit weer de kop opsteken. De midlife crisis is er een roemrucht voorbeeld van. Misschien wil je op zoek naar je verloren zelf, naar wie je was vóór je relatie. Misschien wil je op zoek naar een nieuwe identiteit, wil je onderzoeken wie je nog meer bent. Misschien wil je een niet-geleid leven uitzoeken; misschien heb je ooit een keuze gemaakt waarvan je je afvraagt hoe je leven anders zou zijn gelopen; misschien kruist een oude, onbeantwoorde liefde je pad.
Deze zoektocht naar jezelf kan helemaal losstaan van je relatie. Die kan helemaal prima zijn, en tóch kun je jezelf daarin kwijt geraakt zijn.
Bindingsangst
Een andere drijfveer is bindingsangst: je wilt je eigenlijk wel verbinden, maar als puntje bij paaltje komt schrik je er toch voor terug. Bindingsangst gaat meestal samen met verlatingsangst. Het zijn twee kanten van dezelfde medaille. Mensen met verlatingsangst vallen vaak voor partners met bindingsangst en omgekeerd. Beiden kennen dezelfde dynamiek van aantrekken en afstoten. Die dynamiek vindt zijn oorsprong in een onveilige hechting in je jeugd. Je voelde je ofwel verlaten ofwel verstrikt door je ouders, of allebei. Non monogamie kan een poging zijn om uit de eeuwige dans van aantrekken en afstoten te ontsnappen en te ‘verbinden op armlengte afstand’. Soms werkt dat. Als je de onderliggende problematiek niet aanpakt loop je wel het risico dat die dans toch blijft bestaan en dat ook je polyamore of nonmonogame relaties van beperkte duur blijven. Of je dat erg vindt, is vers twee.
Autonomie voorop – geen behoefte aan een vaste relatie
De vorige punten namen voetstoots aan dat een min of meer vaste relatie iets is waar je behoefte aan hebt. Maar misschien heb je dat helemaal niet. Misschien heb je een sterk ontwikkelde autonomie, kun je het leven uitstekend in je eentje aan en bevalt je dat prima. Vanuit die autonomie kan het nog steeds heel fijn zijn om je te verbinden, zij het op een open, vrije manier. Misschien dat je het fijn vindt om daarin zelfs meerdere partners toe te laten. Misschien heb je zelf niet die behoefte, maar gun je het je partner best.
Spiritualiteit en liefde
Sommigen ervaren dat liefde, verbinding en spiritualiteit zo sterk vervlochten zijn dat het daardoor vanzelfsprekend is dat liefde en seksualiteit niet beperkt zijn tot één persoon. Dit geldt bijvoorbeeld voor veel Tantra-beoefenaars. Anderen ervaren de verbinding met een tweelingziel, een zeer diepe liefde voor iemand anders dan de vaste partner.
Een combinatie van het bovenstaande
Zoals ik in het begin van dit artikel al zei: we hebben de verschillende drijfveren hier zoveel mogelijk uit elkaar gerafeld. Dat geeft je wellicht het beste zicht op hoe het bij jou of je partner werkt. Verschillende drijfveren leiden immers tot verschillende invullingen en verschillende uitdagingen. In de praktijk zien we vaak combinaties. We hopen dat een goed begrip van je onderliggende patronen helpt om je relatieleven zo vervullend mogelijk te realiseren.
Laat een reactie achter